Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘atheism’

Nu ik afgestudeerd ben heb ik besloten om de werkstukken die ik tijdens mijn studie Religiewetenschappen geschreven heb te publiceren op deze weblog. Ik heb de opdrachten, papers, essays, recensies, besprekingen en presentaties altijd met veel plezier gemaakt, en ik vind het leuk om deze met de wereld te delen. Het zou immers zonde zijn als deze documenten langzaam zouden vergaan op mijn harde schijf. Daarom hierbij een blogreeks met vandaag mijn werkstuk voor de cursus Religiekritiek en Politieke Orde van de Honours Academy aan de Radboud Universiteit.

Inleiding

Een van de meest bekende en veelbesproken hedendaagse atheïsten is de etholoog en evolutiebioloog professor Richard Dawkins. Naast zijn geprezen wetenschappelijke werk is hij erg gedreven in zijn kritiek jegens religie. In 2006 schreef en presenteerde hij een documentaire genaamd The Root Of All Evil?[1], dat in het Verenigd Koninkrijk werd uitgezonden door Channel 4. Hierin gaf hij aan wat de gevaren van religie zijn. Later dat jaar publiceerde hij een boek dat deels gebaseerd is op deze documentaire, The God Delusion[2], in het Nederlands vertaald als God Als Misvatting.[3] Dawkins betoogt hierin dat God niet bestaat. Het boek werd een internationale bestseller en zorgde voor veel commotie.[4]

In The God Delusion kan religiekritiek gedistilleerd worden. In dit paper wil ik de religiekritiek van Dawkins uiteenzetten, zoals hij in The God Delusion betoogd. De hoofdvraag die ik wil beantwoorden is:

Welke religiekritiek verwoordt Richard Dawkins in zijn boek “The God Delusion”?

Om deze vraag te kunnen beantwoorden wordt er eerst gekeken naar de definities die Dawkins in zijn boek hanteert wat betreft atheïsme en religie. Vervolgens wordt zijn religiekritiek onderzocht zoals in The God Delusion naar voren komt. Tot slot wordt de conclusie getrokken.

 

1. Atheïsme volgens Dawkins

Een atheïst, aldus Dawkins, is iemand die geen geloof heeft, maar rationeel denkt en zijn standpunten ondersteunt door wetenschappelijk bewijs. De wetenschap zal uiteindelijk aantonen dat religie ongegrond is. [5] Dawkins gaat uit van een filosofisch naturalistische benadering van atheïsme, waarbij een atheïst iemand is die:

believes there is nothing beyond the natural, physical world, no supernatural creative intelligence lurking behind the observable universe, no soul that outlasts the body and no miracles – except in the sense of natural phenomena that we don’t yet understand. If there is something that appears to lie beyond the natural world as it is now imperfectly understood, we hope eventually to understand it and embrace it within the natural[6]

Dawkins omschrijft zichzelf als een atheïst. Door kennis te nemen van de evolutietheorie van Charles Darwin werd hij overtuigt dat er geen geldige redenen zijn om religieus te zijn. Toch is hij niet honderd procent atheïst. Hij ontwierp een zevenpuntenschaal, waarbij één een sterke theïst is en zeven een sterke atheïst. De stappen daar tussen geven een waarschijnlijkheid van het bestaan van God in procenten aan. Als men het bestaan van God exact 50 procent acht, dan is men een agnost. Dawkins schaart zichzelf onder zes. Dit betekent dat hij neigt naar volledig atheïsme, maar een agnost is wat betreft “the fairies at the bottom of the garden.”[7]

 

2. Religie volgens Dawkins

Dawkins geeft nergens in zijn boek een definitie van religie, maar stelt dat het een vorm van onwetendheid is. Hij geeft wel een definitie van God. Hij onderscheid daarbij drie visies op God; een theïstisch godsbeeld, een deïstisch godsbeeld en een pantheïstisch godsbeeld.[8]

Een theïst

believes in a supernatural intelligence who, in addition to his main work of creating the universe in the first place, is still around to oversee and influence the subsequent fate of his initial creation. In many theistic belief systems, the deity is intimately involved in human affairs[9]

Een deïst,

too [like a theist], believes in a supernatural intelligence, but one whose activities were confined to setting up the laws that govern the universe in the first place. The deist God never intervenes thereafter, and certainly has no specific interest in human affairs[10]

Een pantheïst

do[es]n’t believe in a supernatural God at all, but use[s] the word God as a non-supernatural synonym for Nature, or for the Universe, or for the lawfulness that governs its workings[11]

Dit gezegd te hebben geeft Dawkins aan wat hij in The God Delusion wil aanvallen, namelijk de ‘God Hypothese’. Deze stelt dat:

there exists a superhuman, supernatural intelligence who deliberately designed and created the universe and everything in it, including us[12]

De God Hypothese heeft betrekking op zowel een theïst als een deïst, maar niet op een pantheïst. Dawkins stelt dat als hij het over ‘God’ heeft, hij op alle bovennatuurlijke goden doelt, zowel monotheïstisch als polytheïstisch. Toch heeft hij in zijn boek voornamelijk Jahweh van het Oude Testament voor ogen, de God die binnen de abrahamitische religies als persoonlijke God een rol speelt. Dawkins heeft een uitgesproken mening over deze God:

The God of the Old Testament is arguably the most unpleasant character in all fiction: jealous and proud of it; a petty, unjust, unforgiving control-freak; a vindictive, bloodthirsty ethnic cleanser; a misogynistic, homophobic, racist, infanticidal, genocidal, filicidal, pestilential, megalomaniacal, sadomasochistic, capriciously malevolent bully[13]

Bij zijn religiekritiek denkt Dawkins vooral aan het christendom, omdat hijzelf en zijn lezerspubliek hier het meest bekend mee zijn. Ook meent hij dat deze religie het meest bedreigend is voor de samenleving. Andere religies komen weinig of niet aan bod.[14]

Dawkins stelt dat de God Hypothese onhoudbaar is, omdat het bovennatuurlijke volgens hem niet bestaat. Ooit zal alles wetenschappelijk verklaarbaar zijn. Goden zijn volgens hem producten van de menselijke fantasie. Hij pleit voor een alternatief van de God Hypothese, gebaseerd op de evolutietheorie:

any creative intelligence, of sufficient complexity to design anything, comes into existence only as the end product of an extended process of gradual evolution[15]

Creatieve intelligenties, zoals de mens, ontstaan pas laat in het universum door een proces van evolutie en kunnen daarom niet verantwoordelijk zijn voor het scheppen ervan. Daarom is God een waanidee, aldus Dawkins. Dit is de rode draad van The God Delusion.[16]

3. Dawkins’s religiekritiek in The God Delusion

In The God Delusion zet Dawkins uiteen dat God een waanidee is. Om zijn standpunt kracht bij te zetten geeft hij kritiek op religie. Deze punten zullen hieronder besproken worden.

3.1. Religie is irrationeel en daarom onverenigbaar met wetenschap

Dawkins is christelijk opgevoed, maar op het moment dat hij in aanraking kwam met de evolutietheorie van Charles Darwin begon hij te twijfelen aan zijn geloof. Het Bijbelse feit dat God de wereld, zoals ze nu is, in zes dagen geschapen heeft gaat in tegen een geleidelijke evolutie van soorten. De wetenschap heeft daarmee het scheppingsverhaal van de Bijbel weerlegt, vindt Dawkins. Dit maakt creationisme en evolutionisme, en daarmee religie en wetenschap, niet-overlappende magisteria (NOMA).[17]

Religie kijkt volgens Dawkins naar de leemtes in onze kennis waar de wetenschap nog geen verklaring voor heeft en vult deze op met God. Het is de ‘God of the Gaps’. Het opvullen van leemtes is de belangrijkste strategie van Intelligent Design tegen het evolutionisme. Toch loopt religie hierdoor telkens achter de feiten aan, want de wetenschap vult de leemtes op door nieuwe ontdekkingen. Religie verliest hierdoor aan draagkracht. Dawkins is ervan overtuigd dat de wetenschap ooit alle leemtes opvult. Alles waarop de wetenschap op dit moment nog geen antwoord heeft kan religie ook niet beantwoorden. Theologen hebben evenmin de expertise om vragen te beantwoorden als de wetenschap ook nog geen antwoorden heeft. Immers, als wetenschap al niet de ultieme vragen kan oplossen, waarom zou religie dat dan wel kunnen? Daarnaast geeft elke religie een ander antwoord, dus welke religie moeten we geloven? [18]

Either he (God) exists or he doesn’t. It is a scientific question; one day we may know the answer, and meanwhile we can say something pretty strong about the probability. (…) I shall suggest that the existence of God is a scientific hypothesis like any other. (…) God’s existence or non-existence is a scientific fact about the universe, discoverable in principle if not in practice[19]

Religie is dus volgens Dawkins een vorm van onwetendheid. Het laat mensen tevreden zijn met antwoorden die eigenlijk geen antwoorden zijn. Hierdoor verwondert men zich niet meer over de wereld, denkt Dawkins. De wetenschap is rationeel en toont de waarheid van feiten aan door bewijs te leveren, terwijl religie zich baseert op irrationeel geloof in onaantoonbare zaken. Zo overtreedt het de principes van de wetenschap door het geloof in wonderen. Religie is een belemmering voor de wetenschap, omdat het kritisch nadenken verwerpt en blind geloof stimuleert. Zonder enig wetenschappelijk bewijs aan te leveren stelt religie de eeuwige waarheid vast, terwijl de wetenschap (en dat vindt Dawkins ook juist het mooie eraan) haar mening bijstelt als een theorie onjuist blijkt. Dawkins waarschuwt dat dit principe van religie leidt tot intolerantie en moord, zoals we nu zullen zien.[20]

3.2. Religie is gevaarlijk

Religie is niet alleen een tijd- en energierovende bezigheid die schaarse plaats opslurpt door tempels te bouwen, het brengt ook ernstige schade toe, stelt Dawkins. Mensen zijn slaafs aan religie en dit kan leiden tot intolerantie en zelfs moord. Er zijn mensen die zichzelf schade toebrengen door religieus fanatisme, bijvoorbeeld door zelfkastijding en de martelaarsdood, maar ook door celibatair of in levenslange stilte te leven. Anderen brengen de mensen om hen heen schade toe, door bijvoorbeeld mensen te vervolgen en vermoorden voor het geloof, zoals bij de kruistochten en jihad. Politiek gezien is religie gevaarlijk, omdat het polariseert en aanzet tot oorlog en strijd tussen mensen. Zo claimt Israel Palestina als een door God gegeven recht met alle gevolgen van dien. Sommigen christenen willen zelfs een nucleaire oorlog, omdat dit voorspeld zou zijn in Openbaringen: de Armageddon.[21]

Religieus absolutisme is het letterlijk nemen van religieuze heilige teksten en deze slaafs opvolgen, terwijl ze vaak verkeerd geïnterpreteerd worden. Men wil bijvoorbeeld de Oud Testamentische theocratie toepassen op de moderniteit. Religieus absolutisme leidt volgens Dawkins tot het veroordelen en discrimineren van andersdenkenden, vrouwenhaat, haat voor de moderniteit, haat voor andere religies, haat voor de wetenschap, bekrompenheid en kan moord tot gevolg hebben. Zo leidt religie tot discriminatie, straf of zelfs de dood van homoseksuelen. Volgens sommige religieuzen is aids de straf van God voor homoseksualiteit, of de straf voor een samenleving die homoseksuelen tolereert.[22] Dawkins vindt dat:

Attitudes to homosexuality reveal much about the sort of morality that is inspired by religious faith. An equally instructive example is abortion and the sanctity of human life[23]

Abortus en euthanasie zijn vaak hete hangijzers voor religies. Zij zien het als moord van een levend wezen. Wat betreft abortus betoogt Dawkins dat er bij embryo’s nog niet van leven gesproken kan worden. ‘Pro-life’ is evolutionair gezien een verkeerde term, want menselijke embryo’s zijn niet meer dan dierlijke embryo’s. ‘Pro-human-life’ zou meer op zijn plaats zijn, denkt Dawkins. Met een voorbeeld geeft hij aan hoe ver pro-life activisten kunnen gaan. Zo zijn er dokters vermoord die abortussen toepasten, zodat de ongeboren kinderen gered zouden worden. Een dader, die tot de doodstraf werd veroordeeld, dacht te sterven als martelaar, om voor zijn daad beloond te worden in de hemel. De redenen die dergelijke mensen hiervoor geven is dat zij werden geleid door God en ze vinden dat ze moreel juist gehandeld hebben. Ik kom later terug op de vraag waarom zij dit menen volgens Dawkins. Een ander voorbeeld is de ‘Great Beethoven Fallacy’: “Zou je een zwangere vrouw, die al dove, blinde en geesteszieke kinderen heeft, abortus toestaan? Zo ja, dan heb je Beethoven vermoord!” Dawkins vindt dit een dom retorisch argument van religieuze absolutisten, waar historisch gezien niets van klopt. Om dit te illustreren draait hij het om door te stellen dat als abortus mogelijk was geweest Hitler niet geboren zou zijn.[24]

Het lijkt nu alsof alleen religieus extremisme en fundamentalisme gevaarlijk zijn, maar niets is minder waar volgens Dawkins. Gematigde religiositeit is even zo gevaarlijk. Zij creëren namelijk een positief klimaat waarin de extreme kanten van religie kunnen floreren. Geloof wordt gevaarlijk doordat het geen rechtvaardiging of argumentatie vereist. Gelovigen hebben immers geleerd om zonder twijfel te geloven. Dit is zelfs een deugd die wordt geleerd aan kinderen, waardoor zij potentiële toekomstige wapens voor kruistochten en jihads zijn. Zelfmoordterroristen zien hun daden als moreel juist en ze zijn ervan overtuigd dat ze als martelaar zullen sterven, om vervolgens beloond te worden in het hiernamaals. Gematigde religieuze leiders en leraren hebben deze mensen dergelijke absurde zaken laten geloven, waardoor terroristen hun misdaden plegen zonder zich van enig kwaad bewust te zijn. Geloofsgenoten menen vervolgens dat de terroristen niet het ware geloof aanhangen, maar niemand kan weten wat het ware geloof is zonder een objectieve standaard. Dawkins concludeert dat als religieuze zelfmoordterroristen geleerd was om zelf na te denken en kritisch te zijn over het geloof, dat het dan geen terroristen waren geworden. Dit brengt ons bij het volgende punt.[25]

3.3. Religie indoctrineert onschuldige kinderen

Dawkins is er op tegen dat kinderen geïsoleerd van elkaar worden als ze naar een religieuze school worden gestuurd op basis van het geloof van hun ouders. Hierdoor hebben ze niet de mogelijkheid om kennis te maken met andere religies en overtuigingen. Religie is om deze reden een virus dat van ouders op kind door wordt gegeven. Ook wordt kinderen het label opgeplakt dat ze bijvoorbeeld een ‘katholiek kind’ zijn. Dawkins noemt dit kind liever ‘een kind van katholieke ouders’. Kinderen hebben namelijk nog geen keuze gemaakt om over religie na te denken en zouden daarom ook niet in een hokje moeten worden geplaatst. Pas later kan een kind zijn eigen keuze maken en dit moet in vrijheid gebeuren. Men kan een kind overigens niets kwalijk nemen, omdat deze genetisch geprogrammeerd zijn om alles te geloven wat een autoritair figuur hen verteld.[26]

Waar Dawkins helemaal op tegen is, is de hersenspoeling van kinderen op religieuze scholen en in religieuze omgevingen. Hij gaat zelfs zover door te stellen dat dit kindermishandeling is en leidt tot psychische problemen. Religie intimideert en boezemt kinderen angst in, zoals de angst voor hel en verdoemenis. Het zijn voor kinderen traumatische ervaringen die hun onschuld bederven. Door de angst die hen in de jeugd is aangepraat kunnen mensen hun hele verdere leven lang problemen ondervinden. Zelfs met therapie is het moeilijk om van deze diepgewortelde angst af te komen. Deze vorm van kindermishandeling is volgens Dawkins waarschijnlijk nog erger dan elke andere vorm van misbruik. Als oplossing stelt hij dat kinderen geleerd moet worden hoe te denken, in plaats van wat te denken.[27]

3.4. Religie heeft onterecht een verheven status

Dawkins vindt dat religie wordt bevoorrecht en heeft kritiek op de verheven status van religie. Religie krijgt meer respect dan andere zaken, té veel dan dat het überhaupt volgens Dawkins verdient. Hij vindt het schrikbarend dat bijna iedereen in onze maatschappij deze verheven status van religie klakkeloos accepteert, vooral uit angst om religie niet te beledigen. De overheid werkt hier aan mee door de vrijheid om religie te bekritiseren in te perken. Religie krijgt zoveel respect dat het bevoorrecht wordt om te discrimineren.[28] Als voorbeeld geeft hij de discriminatie jegens homoseksuelen:

If you try to stop me from insulting homosexuals it violates my freedom of religion[29]

Dawkins zegt dat zolang we het principe accepteren dat we religie moeten respecteren op grond dat het religieus geloof is, we ook Osama Bin Laden, zelfmoordterroristen en 9/11 moeten accepteren.[30]

3.5. Religie is absurd

Religie is absurd, aldus Dawkins. Dit hebben religieuze mensen niet door omdat ze ermee opgegroeid zijn. Voor hen klinken andere religies ook absurd, maar doorgaans verwijt de pot de ketel dat hij zwart ziet. Wat maakt het voor christenen aannemelijk om wel in Jahweh the geloven, maar Zeus, Wotan, eenhoorns en elfjes af te doen als bijgeloof of onzin? Ze zijn in dit geval gelovig als het om Jahweh gaat, maar atheïst als het om andere goden of bovennatuurlijke wezens gaat.[31]

Dawkins somt een aantal eigenaardigheden van het christendom op:

  • In the time of the ancestors, a man was born a virgin mother with no biological father being involved.

  • The same fatherless man called out to a friend called Lazarus, who had been dead long enough to stink, and Lazarus promptly came back to life.

  • The fatherless man himself came alive after being dead and buried three days.

  • Forty days later, the fatherless man went up to the top of a hill and then disappeared bodily into the sky.

  • If you murmur thoughts privately in your head, the fatherless man, and his ‘father’ (who is also himself) will hear your thoughts and may act upon them. He is simultaneously able to hear the thoughts of everybody else in the world.

  • If you do something bad, or something good, the same fatherless man sees all, even if nobody else does. You may be rewarded or punished accordingly, including after your death.

  • The fatherless man’s virgin mother never died but was ‘assumed’ bodily into heaven.

  • Bread and wine, if blessed by a priest (who must have testicles), ‘become’ the body and blood of the fatherless man.[32]

Spottend vraagt Dawkins zich af wat een objectieve antropoloog met deze informatie zou doen tijdens veldwerk.[33] Ook vraagt hij zich af waarom christenen het moordwapen waarmee hun God is vermoord, een kruis, als heilig symbool gebruiken. En waarom liet God zich martelen en vermoorden, terwijl God ook gewoon zo zonden had kunnen wegnemen? Hij is immers God.[34]

3.6. Religie is niet de schenker en hoeder van moraliteit

Religie claimt van oudsher de schenker en hoeder van de moraal te zijn. Ze zou de standaard geven wat betreft goed en kwaad. Zonder religie zouden mensen vervallen tot brute monsters. Niets is echter minder waar. Religieuze mensen hebben dezelfde moraliteit als atheïsten en ook religieuze mensen doen slechte dingen. Dawkins illustreert dit met citaten uit de hatemails die hij van religieuze mensen heeft gekregen. Hierin wensen zij atheïsten als Dawkins de meest onprettige dingen toe. Dit geeft volgens hem aan dat religieuzen geen moraal hebben als het om andersdenkenden gaat. Religie wordt dan intolerant en gevaarlijk.[35]

Het vanuit religieuze hoek vaak gehoorde argument dat “als je kinderen leert dat ze uit apen geëvolueerd zijn, dan gaan ze zich ook als apen gedragen”, is onjuist volgens Dawkins. Religie meent onterecht dat evolutie van soorten door willekeur tot stand komt en men hierdoor geen moraliteit kent, omdat er geen ultieme betekenis aan het leven wordt gegeven. Dawkins gaat hier op in door te zeggen dat een regenboog niet minder mooi wordt als men weet hoe deze ontstaat. Om aan te geven dat men op deze manier ook moraal kan hebben geeft hij vier Darwinistische redenen om altruïstisch en moreel goed te zijn. De eerste reden stelt dat genen voor moraliteit door worden gegeven, omdat dit voordelen heeft om te overleven. Ten tweede noemt hij reciprociteit: door goed te doen ontvangt men goed. Ten derde heeft het voordelen om een goede reputatie van vriendelijkheid en vrijgevigheid te hebben. Tot slot is opvallende vrijgevigheid geloofvaardige reclame voor jezelf. Hiermee betoogt Dawkins dat men niet religieus hoeft te zijn om moreel te handelen. De moraal zit in de menselijke natuur en is door evolutie ontstaan. Morele filosofen zijn volgens hem de aangewezen personen om over de moraal na te denken.[36]

Dawkins betoogt dat religie juist voor een inflexibele moraliteit zorgt. Morele principes die alleen op religie zijn gebaseerd, zijn absolutistisch. Ze worden zonder argumenten aangenomen. De moraal is onderhevig aan de zeitgeist en kan dus niet uit een heilig geschrift worden gehaald. Veel religieuze mensen zeggen wel hun moraal uit heilige geschriften te halen. Dit kan op twee manieren. De eerste manier is door directe instructie, bijvoorbeeld de Decaloog. De Decaloog heeft veel invloed gehad op menig grondwet. De tweede manier is door een voorbeeld, bijvoorbeeld door God of een Bijbels figuur als rolmodel te nemen. Echter passen religieuze mensen dit in de praktijk doorgaans niet toe. Als ze dit wel doen dan hebben ze de Bijbel niet gelezen of verkeerd begrepen, stelt Dawkins. Wat is er namelijk moreel goed aan een God die mensen uitmoord door een zondevloed en vrouwenhaat predikt door verkrachting en incest bij het verhaal van Sodom en Gomorrah? En welk voorbeeld geeft de jaloerse Jahweh als het Volk Israel met andere goden flirt? Dan hebben we nog de wetten in Leviticus, zoals steniging. Er staan zoveel verontrustende verhalen in de Bijbel dat het voor Dawkins onmogelijk is dat we daar onze moraal uit halen. Ook zijn de wetten die in de Bijbel staan niet van toepassing op elke mens. De Bijbel gaat over de wetten en de moraal binnen een bepaalde groep, namelijk de Joden. Daarom kunnen we deze onmogelijk universeel laten gelden. Ook staan er zoveel contradictie in de Bijbel dat we onmogelijk kunnen weten welke moraal juist is. Dit is het gevolg van het feit dat de Bijbel door meerdere auteurs is geschreven en samengesteld en door fouten van kopiisten. [37]

Een van de moreel slechte zaken die uit het Nieuwe Testament zijn voortgekomen zijn volgens Dawkins de theologie van de erfzonde en boetedoening. Het feit dat God als Jezus is geïncarneerd en gestorven is voor onze zonden noemt Dawkins sadomasochisme. God had ook gewoon onze zonden kunnen vergeven, zonder martelweg en dood van zichzelf. Ook vindt hij het oneerlijk dat Judas zoveel slechts wordt toegeschreven, gezien het Gods plan was.[38]

Toch laat Dawkins zich niet alleen negatief uit over de Bijbel. Ze moet zeker in het onderwijs blijven om kinderen te onderwijzen over de literaire cultuur. Naast andere literaire werken welteverstaan en niet om in geloofd te worden. De Bijbel is een belangrijk deel van onze culturele erfenis. Zo vinden enorm veel spreekwoorden en gezegdes van onze cultuur hun herkomst in de Bijbel. Jezus was volgens hem een van de grootste morele vernieuwers van de geschiedenis. Zo was de Bergrede zijn tijd ver vooruit, vindt Dawkins. Jezus verwierp de wetten van het Oude Testament en stelde dat de moraal niet uit de geschriften kwam. Toch zei hij ook dat men zijn familie, vrienden en eigen leven moest verwerpen om een discipel te kunnen worden; iets wat cults ook doen.

Tot slot vraagt Dawkins zich af waarom een geloof in Gods beloning en vrees voor zijn straf en afwijzing een reden zou zijn om goed te zijn. Mensen hebben God niet nodig om goed of slecht te zijn. Dit brengt ons bij Dawkins’s laatste punt van kritiek.[39]

3.7. Er bestaat waarschijnlijk geen God

De rode draad van Dawkins boek en zijn grootste kritiek jegens religie is dat God waarschijnlijk niet bestaat. Als God niet bestaat dan is religie zinloos. Dit betoogt hij door zijn ‘Ultimate Boeing 747’: statistisch gezien is de waarschijnlijkheid dat God bestaat nihil.[40]

What matters is not whether God is disprovable (he isn’t) but whether his existence is probable[41]

Het is onmogelijk om aan te tonen dat iets niet bestaat (zoals een reuze theepot in ons universum), maar we kunnen wel aantonen dat iets wél bestaat. Als men in een God gelooft, hoe weet men dan welke God de ware God is?[42]

Religie en een godsbeeld zijn het product van evolutie. Wie evolutie niet inziet snapt volgens Dawkins de evolutietheorie niet. Hij komt tot deze conclusie doordat hij ziet dat creationisten de verkeerde argumenten tegen evolutie gebruiken. Soorten zijn niet onherleidbaar complex en evolutie is niet het gevolg van willekeur, maar van natuurlijke selectie. Het heeft evolutionair gezien voordelen gehad om religieus te zijn en daarom bestaat religie.[43]

Zoals al eerder gezegd is God de ‘God of the Gaps. De mens heeft goden geschapen om een leemte in onze kennis op te vullen. Wetenschap zal die leemte ooit helemaal opvullen. De leemte kan ook opgevuld worden met kunst of vriendschap. Dat is voor iedereen persoonlijk, zegt Dawkins. In deze zin van het woord vergelijkt hij God met een denkbeeldig vriendje die veel mensen tijdens hun kindertijd hadden. Er wordt ook wel eens gezegd dat mensen troost vinden in religie en God hen gelukkig maakt. Dit is volgens Dawkins niet waar. Ook zonder God kan men troost en geluk vinden.[44]

Theologen nemen over het algemeen aan dat God simpel is, maar dit is onmogelijk als hij miljoenen signalen van biddende mensen tegelijk krijgt die hij tegelijkertijd beantwoordt. De eerste oorzaak zou simpel zijn, maar zoiets simpels kan nooit een complex universum zoals de onze hebben geschapen, aldus Dawkins.[45]

Dawkins geeft aan dat de argumenten voor het bestaan van God zwak zijn. Hij gaat in op een achttal argumenten en weerlegt deze. Ten eerste de godsbewijzen van Thomas van Aquino. De eerste drie impliceren volgens Dawkins hetzelfde, namelijk dat God immuun is voor terug redeneren: er is een onbewogen beweger, een onveroorzaakte veroorzaker en het niet-fysische brengt het fysische tot stand. Het is volgens Dawkins onjuist dat theologen ervan uitgaan dat God almachtig, alwetend en alomtegenwoordig is. Als God alwetend is, dan moet hij al weten hoe hij gaat ingrijpen in de geschiedenis door zijn almacht te gebruiken. God kan dus niet van gedachten veranderen en daardoor is hij niet almachtig. Het vierde godsbewijs is het argument van verwantschap. Er moet volgens Thomas een ultieme perfectie zijn die fungeert als standaard. Dit is God. Dawkins stelt dat er dan ook zoiets als een ultieme stinker moet zijn die ook God genoemd wordt. Het laatste godsbewijs is het teleologische argument of het argument van design. Dit houdt in dat alles in de wereld eruit ziet alsof het ontworpen is door God. Evolutie door natuurlijke selectie verwerpt dit argument.[46]

Dan zijn er a priori argumenten, zoals het ontologische argument voor het bestaan van God. Het ontologische argument van Anselm van Canterbury stelt dat men zich een wezen kan bedenken dat perfecter is dan men zich kan indenken. Als zo’n wezen niet bestaat dan is het ook niet perfect, daarom bestaat God. Dawkins doet dit af als een woordspelletje, omdat het geen empirisch bewijs aanlevert. Met ontologisch redeneren kan men zowel tot het bestaan, als tot het niet-bestaan van God komen, maar dit zegt niets over de werkelijkheid.[47]

Het argument van schoonheid houdt in dat muziekstukken of kunst zo mooi zijn dat ze het bestaan van God impliceren. Dawkins zegt dat we ook zonder het bestaan van God dergelijke kunst kunnen maken en ervan kunnen genieten.[48]

Het argument van ervaring stelt dat het bestaan van God aangetoond wordt doordat mensen God ervaren. Dawkins doet dit enerzijds af als een simulatiesoftware in de menselijke geest (bijvoorbeeld geestesziekte) en anderzijds het verwarren van bijvoorbeeld het geluid van de wind met een stem.[49]

Religieuze mensen menen dat als iets in een heilig geschrift staat het dan wel waar moet zijn. Jezus is dus “Lunatic, Liar or Lord. Dawkins legt uit dat er weinig historisch bewijs voor de goddelijke status van Jezus is. De Evangeliën zijn lang na Zijn dood opgeschreven en daarna veelvuldig gekopieerd, waardoor er fouten in geslopen kunnen zijn. Ook legt elke evangelist de nadruk anders en bevatten ze contradicties. Daarnaast zijn veel Evangeliën niet opgenomen in de huidige canon.[50]

Alle grote wetenschappers tot de negentiende eeuw waren religieus, althans, dat zeiden ze onder sociale druk. Het feit dat zij religieus waren wordt als argument voor het bestaan van God gebruikt. Echter, er zijn goede religieuze wetenschappers en goede niet-religieuze wetenschappers. Na de twintigste eeuw neemt de religiositeit onder wetenschappers af. Religieuze wetenschappers worden zelfs schaars. Dawkins haalt een onderzoek aan waaruit blijkt dat gelovigen doorgaans een lager IQ hebben dan ongelovigen.[51]

De Gok van Pascal stelt dat men beter in God kan geloven, want als God bestaat zul je daarvoor beloond worden. Zou God niet bestaan, dan heeft dit verder geen nare gevolgen. Geloof je echter niet in God en het blijkt dat hij wel bestaat, dan wordt je voor je ongeloof gestraft. Het is dus beter om wel in God te geloven, aldus Blaise Pascal. Dawkins weerlegt dit door te zeggen dat men geloven niet in de hand heeft. Een alwetende God doorziet al snel als men niet oprecht gelooft. Waarom belieft het een God eigenlijk om in hem te geloven? Dawkins vraagt zich ook af wat de implicatie is als men in de verkeerde God gelooft. In dat geval is het beter een ongelovige te zijn, denkt Dawkins. Als men als ongelovige een beter en voller leven geniet, dan heeft het geen zin om kostbare tijd te verspillen aan het aanbidden van, offeren aan, en vechten voor een God.[52]

Het laatste argument is de Bayesiaanse kans van Stephen Unwin. Hij geeft een kwantitatieve waarschijnlijkheid voor het bestaan van God door een numerieke waarde aan zes ‘feiten’ te geven. De zes feiten betreffen dat we een besef van goedheid hebben, dat mensen kwade dingen doen, dat de natuur kwade dingen doet, dat er kleine wonderen kunnen gebeuren, dat er grote wonderen kunnen gebeuren, en dat mensen religieuze ervaringen hebben. Door te goochelen met cijfers komt Unwin uit op een percentage van 95% dat God bestaat. Volgens Dawkins is dit geen bewijs, maar een kwestie van geloof.[53]

Conclusie

Nu is het mogelijk de hoofdvraag te beantwoorden:

Welke religiekritiek verwoordt Richard Dawkins in zijn boek “The God Delusion”?

Religie:

  • Is irrationeel en daarom onverenigbaar met wetenschap
  • Is gevaarlijk
  • Indoctrineert onschuldige kinderen
  • Heeft onterecht een verheven status
  • Is absurd
  • Is niet de schenker en hoeder van moraliteit
  • Is zinloos, want er bestaat waarschijnlijk geen God

Ten eerste heeft Dawkins kritiek op de gevolgen van religie. Door kinderen als aanhanger van de religie van hun ouders te bestempelen en ze te laten onderwijzen door religieuze scholen worden ze geïndoctrineerd. Dit heeft gevolgen voor hun vermogen om kritisch na te denken, gezien hen wordt geleerd om niet aan het geloof te twijfelen. Dit kan leiden tot religieus extremisme. In eerste instantie zet het aan tot discriminatie, maar het kan uitlopen tot moord, zoals bij zelfmoordterrorisme. De overheid werkt hier indirect aan mee door religie een bevoorrechte positie te geven. Hierdoor ontvangt religie alle denkbare respect en wordt het beschermd tegen kritiek. Dit heeft als gevolg dat religie op grond van religie mag discrimineren, wat weer kan leiden tot moord.

Ten slot heeft Dawkins kritiek op de waarheidsclaims van religies. Religie heeft volgens hem geen poot om op te staan als het om aantoonbaar empirisch bewijs gaat. De wetenschap heeft aangetoond dat religie irrationeel is en dat haar waarheidsclaims onhoudbaar zijn. Het is een vorm van onwetendheid die de leemtes in onze kennis wil opvullen met God. Religie beweert te zorgen voor moraliteit, maar uit de heilige geschriften blijkt dat religie juist immoreel is. De verhalen uit de heilige geschriften zijn absurd als men ze objectief bekijkt. Hieruit blijkt dat de jaloerse en moordzuchtige God geen goed voorbeeld voor de mens is. Sterker nog, het is heel waarschijnlijk dat God niet bestaat, maar een product van evolutie is, waarmee de mens een leemte wil vullen.

The God Delusion heeft veel stof doen opwaaien en naast veel lof ook veel kritiek ontvangen. Dawkins’s argumenten worden door atheïsten dankbaar gebruikt tegen religie. Hij gaf zelf al aan dat het bestaan van God nooit aangetoond kan worden, omdat het aantonen van iets dat niet bestaat onmogelijk is.[54] Als we echter naar zijn religiekritiek kijken, dan kan daar wel het een en ander over gezegd worden. Zo beperkt Dawkins zich vooral tot kritiek op het christendom, jodendom en in mindere mate, de islam. In toekomstig onderzoek zouden de argumenten die Dawkins gebruikt aan de kaak kunnen worden gesteld. Dit kan een vollediger beeld geven van de denkwijze van atheïsten.

Bibliografie

  • Dawkins, R. (2007). The God Delusion. Londen: Black Swan
  • Dawkins, R. (2006). God Als Misvatting. Amsterdam: Nieuw Amsterdam
  • Barnes, R (Regisseur). (2006, 9 januari). The Root Of All Evil? [Documentaire]. Verenigd Koninkrijk: Channel 4

[1] Barnes, R (Regisseur). (2006, 9 januari). The Root Of All Evil? [Documentaire]. Verenigd Koninkrijk: Channel 4

[2] Dawkins, R. (2007). The God Delusion. Londen: Black Swan

[3] Dawkins, R. (2006). God Als Misvatting. Amsterdam: Nieuw Amsterdam

[4] Dawkins, a.w.

[5] Dawkins, a.w.

[6] Dawkins, a.w.

[7] Dawkins, a.w.

[8] Dawkins, a.w.

[9] Dawkins, a.w.

[10] Dawkins, a.w.

[11] Dawkins, a.w.

[12] Dawkins, a.w.

[13] Dawkins, a.w.

[14] Dawkins, a.w.

[15] Dawkins, a.w.

[16] Dawkins, a.w.

[17] Dawkins, a.w.

[18] Dawkins, a.w.

[19] Dawkins, a.w.

[20] Dawkins, a.w.

[21] Dawkins, a.w.

[22] Dawkins, a.w.

[23] Dawkins, a.w.

[24] Dawkins, a.w.

[25] Dawkins, a.w.

[26] Dawkins, a.w.

[27] Dawkins, a.w.

[28] Dawkins, a.w.

[29] Dawkins, a.w.

[30] Dawkins, a.w.

[31] Dawkins, a.w.

[32] Dawkins, a.w.

[33] Dawkins, a.w.

[34] Dawkins, a.w.

[35] Dawkins, a.w.

[36] Dawkins, a.w.

[37] Dawkins, a.w.

[38] Dawkins, a.w.

[39] Dawkins, a.w.

[40] Dawkins, a.w.

[41] Dawkins, a.w.

[42] Dawkins, a.w.

[43] Dawkins, a.w.

[44] Dawkins, a.w.

[45] Dawkins, a.w.

[46] Dawkins, a.w.

[47] Dawkins, a.w.

[48] Dawkins, a.w.

[49] Dawkins, a.w.

[50] Dawkins, a.w.

[51] Dawkins, a.w.

[52] Dawkins, a.w.

[53] Dawkins, a.w.

[54] Dawkins, a.w.

Read Full Post »